Reuk- en smaakstoornissen

In Nederland heeft naar schatting zo’n 5% van de mensen een reuk- en/of smaakstoornis. Door het coronavirus is die groep tijdelijk flink gegroeid, maar omdat veel mensen weer (deels) herstellen, is niet precies bekend hoeveel mensen er nu daadwerkelijk mee te maken hebben.

Van alle klachten valt op dat ongeveer 90% een reukstoornis betreft. Echte smaakstoornissen komen dus minder vaak voor dan reukverlies. Wel heeft reukverlies vaak een grote invloed op hoe eten smaakt: zo’n 70% van je smaakbeleving komt via de neus binnen.
Twijfel je of je reuk of smaak is aangedaan? Als je zoet, zout, zuur, bitter en umami nog kunt proeven, is de kans groot dat het om een reukstoornis gaat.

Waardoor ontstaan reuk- en smaakstoornissen?

Veel voorkomende oorzaken zijn:

  • Een trauma aan het hoofd, bijvoorbeeld na een val of ongeluk
  • Chronische ontstekingen in de neus (sinonasale afwijkingen)
  • Een virusinfectie, zoals griep, verkoudheid of COVID-19

Smaakstoornissen kunnen ook ontstaan door:

  • Schade aan de aangezichtszenuw
  • Beschadigde smaakpapillen
  • Een operatie of infectie


Sommige mensen verliezen hun reuk of smaak later in het leven, anderen hebben het nooit gehad door een aangeboren vorm.

Reukstoornissen

Reukstoornissen vallen onder de verzamelnaam dysosmie. Er zijn twee groepen:

Kwantitatieve reukstoornissen

Dit gaat over hoeveel je ruikt. Je ruikt niets, minder of juist te veel.

Kwalitatieve reukstoornissen

Dit gaat over hoe je geuren waarneemt. Geuren komen vervormd binnen of je ruikt geuren die er niet zijn.

Hieronder lees je meer over de verschillende soorten reukstoornissen:

Anosmie

Anosmie betekent volledig reukverlies. Dat kan:

  • selectief zijn (bepaalde geuren ruik je niet)
  • compleet zijn (je ruikt helemaal niets meer)


Dit kan ontstaan door verstoppingen in de neus, beschadiging van de reukzenuw of als aangeboren stoornis (congenitale anosmie).

Hyposmie

Hyposmie is een verminderd reukvermogen. Het komt veel voor, vooral op oudere leeftijd. Het natuurlijke verlies door veroudering heet presbyosmie.

Parosmie

Je ruikt geuren wel, maar ze komen vervormd binnen. Prettige geuren kunnen vies ruiken, vaak richting verbrand, rot of chemisch. Dit ontstaat vaak doordat de reukzenuw verkeerd herstelt na schade.

Fantosmie (phantosmie)

Hierbij ruik je geuren die er niet zijn: geurhallucinaties. Vaak zijn dit onaangename geuren. De klachten kunnen onverwacht optreden en veel invloed hebben op het dagelijks leven.

Hyperosmie

Je ruikt geuren enorm sterk. Parfum, verf, etensgeuren of afval kunnen dan snel overweldigend worden.

Agnosmie

Je ruikt geur wel, maar je kunt niet benoemen wat je ruikt. Deze stoornis is nog weinig onderzocht.

Smaakstoornissen

Ongeveer 6% van de mensen met reuk- en smaakklachten heeft daadwerkelijk ook een smaakstoornis. Slechts 4% heeft alleen een smaakstoornis – ze zijn dus relatief zeldzaam.

Veel mensen denken dat ze smaakverlies hebben, terwijl het eigenlijk om reukverlies gaat. Dat komt doordat geur via de mond ook bij het reukorgaan terechtkomt. Hierdoor kan verminderd proeven lijken alsof het in de smaak zit, terwijl de tongsmaken (zoet, zout, zuur, bitter, umami) nog prima werken.

Hieronder lees je meer over de verschillende smaakstoornissen:

Ageusie

Volledig verlies van smaak. Eén of meer van de basissmaken worden niet meer waargenomen. Ageusie kan aangeboren zijn; in dat geval spreken we van congenitale ageusie. Smaakverlies kan op zichzelf staan, maar komt soms ook voor in combinatie met andere neurologische klachten, zoals uitval van aangezichtszenuwen. In zulke gevallen is het smaakverlies vaak een gevolg van een andere onderliggende aandoening.

Hypogeusie

Een verminderd smaakvermogen. Een bekende oorzaak is een droge mond (xerostomie), waardoor smaakstoffen de smaakpapillen minder goed bereiken. Ook veroudering speelt een rol.

Fantogeusie

Een smaak die je ervaart zónder dat er iets in je mond zit, vaak met metaal- of zoutsmaak. Medicatie kan hiervan de oorzaak zijn.

Parageusie

Smaken worden verkeerd geïnterpreteerd. Eten kan vies smaken terwijl het dat niet is (dysgeusie).

Hypergeusie

Een overgevoeligheid voor één of meerdere smaken. Dit komt vaak voor tijdens chemotherapie en verdwijnt meestal na de behandeling.

Gustatorische agnosie

Je proeft wel iets, maar kunt niet benoemen wat je proeft. Ook hierover is nog weinig bekend.

Toelichting

Gebaseerd op de meest recente inzichten (versie 2021) en samengesteld met dank aan Dr. Elbrich Postma (Reuk- en smaakcentrum Ede).

Privacy Overview

This website uses cookies so that we can provide you with the best user experience possible. Cookie information is stored in your browser and performs functions such as recognising you when you return to our website and helping our team to understand which sections of the website you find most interesting and useful.